Dracula
Vlad de Spietser
Yves H. en Hermann (tekeningen)
Uitgeverij Casterman
71 pp,
isbn/issn:
stripverhaal

Dracula

(recensie: Maarten van der Werf)

 Sfeertekeningen en gruwelen in aquarel

Er zijn van die verhalen uit het verleden, die altijd tot de verbeelding blijven spreken. Ze zijn de inspiratie voor films, romans, toneel, of voor strips. De verhalen van koning Arthur, Charlemagne staan al in zekere zin los van de werkelijkheid, maar ook historische figuren als Julius Caesar of Napoleon hebben een bepaalde mythische status, ondanks dat we vrij veel over en weten, ook over hun slechte kanten, hun fouten en hun feilen. Het verhaal van Dracula is ook zo’n geval. Met Dracula, Vlad de Spietser hebben tekenaar Hermann en scenarist Yves H. het in stripvorm gegoten.

Vanaf eind 19e eeuw tot heden staat de naam Dracula voor de archetypische vampier, die zich ophoudt in een oud kasteel op een ongenaakbare bergtop in Transsylvanië. Verantwoordelijk hiervoor was Bram Stoker, die een horrorroman schreef met dezelfde naam waarin ene graaf Dracula bovenstaande eigenschappen bezat. Stoker diepte de naam naar verluid op uit een Roemeense reisgids, daarin werd de naam Dracula vertaald als duivel. De werkelijke betekenis was echter een andere, net als de hele geschiedenis achter die naam.

De naam Dracula komt volgens Yves H. van het woord draak. Vlad II, Wallachijs edelman en de vader van de man, die later als Dracula bekend zou worden, werd door Sigismund, koning van Hongarije en Keizer van het Duitse Rijk, tot Ridder van de Draak geslagen. Hij voerde daarom de bijnaam Dracul, dat ook Draak betekent, en zijn zoon zou die titel overnemen als Dracula, zoon van de Draak. Onder die naam verspreidde zijn wrede roep zich over de wereld.

Vlad Dracul wordt neergezet als een tragische figuur. Als edelman en vorst van een klein rijkje op de Balkan wordt hij vermalen tussen de twee machten die van weerszijden hun macht willen doen gelden: Hongarije in het noorden - en daarmee de katholieke wereld - en de oprukkende Turken in het zuiden, de islamitische ‘Halve maan’. Gekroond tot koning van Wallachije, wordt hij gedwongen steeds opnieuw van partij te wisselen, wat hem steeds duur komt te staan.

In deze situatie van onmacht wordt Vlad, de zoon van Dracul, samen met zijn jongere halfbroer Radu in gijzeling genomen door de Turken. Hij wordt echter, als hij wat ouder is, niettemin heerser over Wallachije. Radu schurkt ondertussen tegen de macht en komt in het gevlei bij de toekomstige sultan. Vlad wordt afgezet en verbannen, maar weet op den duur de macht over Wallachije toch weer te heroveren. 

In de context van dit machtsspel, waarin hij steeds een pion blijkt, ontstaat de man die later zo’n duivelse reputatie kreeg. Verscheidene malen het slachtoffer van verraad, onmachtig te voorkomen dat zijn naasten een verschrikkelijk lot ondergaan en niet in staat zijn positie te consolideren, wordt hij hard, wraakzuchtig, wantrouwend en wreed. Hij neemt wraak op het volk dat hem niet steunt, op de bojaren die hem verraadden en op de Turken. Dat doet hij door hen te spietsen. Vandaar zijn bijnaam: Vlad de Spietser. 

Maar hij is verstandig genoeg om de mensen die hij nodig heeft niet te vermoorden, zelfs niet de man die verantwoordelijk is voor de dood van zijn vader. Yves H. schildert Vlad af als een wreedaard, maar ook als een opportunist - een opportunisme overigens, dat in een dergelijke situatie vermoedelijk van levensbelang was. Daardoor weet hij zijn troon steeds weer te herwinnen, tot zijn dood op het slagveld door de hand van een machtiger vijand.

Wat mythe is en wat werkelijkheid is moeilijk te traceren. Het belangrijkste punt daarbij is in hoeverre de gruwelijke reputatie van Dracula op waarheid berust. Yves H. weet dat en daar getuigt hij ook van. We moeten er daarbij rekening me houden, dat de werkelijkheid sowieso gruwelijk was, zeker in een gebied dat verscheurd wordt door oorlog en machtsstrijd: loyaliteit is dan rechtevenredig aan angst. 

Voorts had Vlad vijanden en een deel van zijn slechte naam is misschien het resultaat van negatieve propaganda. Het is evenzeer mogelijk dat Dracula werkelijk gestoord was, maar ook, dat zijn wreedheid een bewuste politiek was. Vergeet niet dat angst ook een machtsmiddel op zichzelf is. Machiavelli stelt in een latere tijd, dat het voor een heerser praktischer is zich gevreesd te maken dan geliefd.

Vlad had echter ook altijd politieke vrienden die hem, om wat voor reden dan ook, steeds weer steunden, zoals uit het verhaal blijkt. Het is de vraag of hij die steun ook steeds had gekregen, als zijn wreedheid in vergelijking met de hunne zo buiten proporties was geweest. En in bepaalde delen van Roemenië wordt Dracula welhaast als held vereerd en is van wreedheid zelfs helemaal geen sprake. Kortom, wat er waar is aan wat er over hem wordt verteld en wat niet, weet niemand precies.

Yves H. roeit met de riemen die hij heeft. Dat zijn er weinig. De bronnen zijn immers schaars en vaak vertekend. Verschillende scenes zijn daarom verzonnen of geïnterpreteerd. Maar Yves H. doet dat altijd met beleid: aan het eind van het stripverhaal staat een aantal pagina’s met schetsen, waarbij ook enkele redenen worden weergegeven waarom de schrijver zijn keuzes heeft gemaakt.

Wie echter misschien zelfs nog meer in het niets zwemt, is de tekenaar. Immers, over de betreffende periode zijn de geschreven bronnen schaars, maar de visuele bronnen zo mogelijk nog schaarser. Daarom heeft de tekenaar ruimte, die hij ook neemt, maar - ook dat blijkt uit die laatste paar pagina’s - weloverwogen. Hij gebruikt wat hij kan en vult in wat hij niet weet.

Dat er vragen zijn betreffende wat we denken te weten, dat Dracula’s wreedheid misschien slechts gedeeltelijk op waarheid berust en dat een deel van de hiaten door de auteurs zijn ingevuld, doet niets af aan het levendige, maar ook geloofwaardige beeld dat Yves H. en Hermann van dit fragmentarische en obscure stukje geschiedenis weten te scheppen. Soms zijn de beelden gruwelijk, maar dat hoort bij het onderwerp, bij het verhaal - ze voegen iets toe. 

En hoe gewelddadig ook, de tekeningen in pen in aquarel zijn werkelijk geweldig. Er wordt door een samenspel van grijstonen en kleuren steeds een bedrukte sfeer geschapen, die overeenkomt met de donkere tragiek van het verhaal. Dat maakt nieuwsgierig naar de albums Bram Stoker en Transsylvanië van dezelfde auteur en tekenaar, die samen met Dracula een trilogie zullen vormen.

Maarten van der Werf