Zeerovers
Uitgeverij en Boekhandel Van Gennep
Lisa Kuitert (red.) (Themanummer van De Boekenwereld. Tijdschrift voor boek en prent, jaargang 25, nummer 2, januari 2009)
128 pp, € 13,50
isbn/issn: 978-94-6004-026-9

Zeerovers

(recensie: B.C. Meijerman)

In januari 2009 was het veertig jaar geleden dat voor het eerst een boek verscheen uitgegeven door Rob van Gennep. Voor het tijdschrift De Boekenwereld was dit aanleiding om een themanummer te wijden aan de uitgeverij en boekhandel Van Gennep. In een negental artikelen worden allerlei aspecten behandeld rond dit bedrijf. Het is opmerkelijk dat negen van de twaalf auteurs studenten zijn die in het kader van hun masteropleiding Redacteur/editor aan de Universiteit van Amsterdam onderzoek hiernaar hebben verricht. Hiervoor konden ze beschikken over vele meters archief in het Instituut voor Sociale Geschiedenis in Amsterdam. Het redigeren van de artikelen is door een andere groep studenten gedaan.


Dit project heeft heel interessante en leesbare artikelen opgeleverd met uiteenlopende onderwerpen; zo komen de door Van Gennep uitgegeven posters en seksboeken aan bod, maar ook de privé-bibliotheek van Rob van Gennep. Het themanummer begint met een overzicht van de veertig jaar, getiteld: `Wat was ik toen een groot denker, dacht ik’ (pp. 75-94) door Hans Renders (hoogleraar Geschiedenis en theorie van de biografie) en Sjoerd van Faassen (hoofd collecties van het Letterkundig Museum). De titel refereert overigens aan een uitspraak van Van Gennep in een interview. De eindredacteur van De Boekenwereld en hoogleraar boekwetenschap in Amsterdam, Lisa Kuitert, onder wier leiding de studenten hun onderzoek verrichtten, neemt een interview met Sjef van de Wiel van uitgeverij SUN (een linkse Nijmeegse uitgeverij) voor haar rekening in de bijdrage: `Wij wilden uit die stencilcultuur’ (pp. 137-143).


De titel van het themanummer en de omslag, waarop een Che Guevara lezende Rob van Gennep te zien is, geven al aan dat het hier geen doorsnee uitgever betreft. Rob van Gennep (1937-1994) werd geboren in Wassenaar en groeide op in een liberaal gezin. Door zijn oom, de theoloog Ted van Gennep, raakte Rob geïnteresseerd in politiek en literatuur. Hoewel hij in Amsterdam ging studeren aan de Politiek Sociale Faculteit, is er van studeren niet veel terecht gekomen. Eind jaren vijftig publiceerde Van Gennep al gedichten in een tijdschrift dat door Johan Polak werd uitgegeven. Ervaring in het boekenvak deed hij op bij uitgeverij Moussault.


In 1962 startten Johan Polak en Rob van Gennep in het studentenhuis van Van Gennep de uitgeverij Polak & Van Gennep. De eerste wat grotere uitgave die Van Gennep in deze tijd deed, was het proefschrift van oom Ted over Albert Camus. Johan Polak was vooral gericht op literaire auteurs: onder andere J.C. Bloem, Marga Minco en Philip Roth. In deze eerste jaren was er nog geen sprake van het uitgeven van politieke boeken. Dit begon in 1965, toen onder redactie van Martin van Amerongen het pamflet De prinses die kiest een man werd uitgegeven. In dit pamflet werd op spottende wijze over het huwelijk van prinses Beatrix gesproken.


Het imago van politieke uitgeverij werd met name gevestigd door de uitgave van het boek Tien over rood. Uitdaging van nieuw links aan de PvdA (1966). Dit manifest werd in een weekend door een groep jonge socialisten in het huis van Van Gennep geschreven en kreeg veel publiciteit. Hierna werd het (linkse) politieke deel van het fonds steeds belangrijker maar tegelijkertijd werden de tegenstellingen binnen het bedrijf steeds groter. Het Boliviaans dagboek van Che Guevara, dat in 1968 werd uitgegeven, was in groot contrast met de klassieken die Polak verkoos. In 1969 begon Van Gennep daarom zijn eigen uitgeverij en boekhandel aan de Nes in Amsterdam. Het politieke deel van het fonds ging met Van Gennep mee en de literaire titels bleven, op een paar na, bij Polak. In de jaren daarna bleef de nadruk op politieke boeken liggen (bijvoorbeeld feministische boeken van Anja Meulenbelt), maar ook vertalingen van Oost- en Midden-Europese literaire werken worden in het fonds opgenomen. Eigenlijk bleef deze mix tot de dood van Van Gennep in 1994 in het fonds aanwezig. De boekhandel, die was opgezet om bij te dragen aan de links-politieke bewustwording van de Nederlanders, moest in verband met grote verliezen in 1985 sluiten.


In de bijdrage van Anne Firet en Agnes van der Veen, `Koop niet bij Van Gennep, Van Gennep is een sexist. De laatste maanden van 1976 – het conflict ontward’ (pp. 109-121) krijgt de lezer een inkijk in de bedrijfsvoering van ‘het collectief’. Dit was in de jaren zeventig een niet ongebruikelijke organisatievorm in linkse kringen; het personeel had volledige inspraak bij de verschillende elementen van de bedrijfsvoering. In 1976 leidde een arbeidsconflict met een van de werknemers in de boekhandel tot veel ophef, waar het Vrouwenbevrijdingsfront en de landelijke pers zich uitgebreid in mengden. Door veelvuldig uit allerlei bronnen te citeren, weten de schrijfsters de sfeer in die tijd goed over te brengen.


Voor boekenliefhebbers zal de bijdrage van Joyce Kraaijeveld, `De privé-bibliotheek van Rob van Gennep’ (pp. 163-174) het meest opvallend zijn. In het kader van haar afstudeerproject brengt Kraaijeveld niet alleen ordening aan in de privé-bibliotheek van de uitgever, maar geeft ze de lezer een overzicht van wat hij zelf aan boeken bezat. Ze analyseert daarbij allerlei zaken zoals de uitgeverijen, de eigendomskenmerken in boeken en dergelijke. Opvallend is dat het aandeel van politieke boeken in de privé-collectie van Rob van Gennep minder groot is dan men zou verwachten op basis van zijn activiteiten als uitgever: het aandeel van Nederlandse en vertaalde literatuur is opvallend groot.


Tot slot maakt een overzicht van fondslijsten (zowel met de titels die van Polak & Van Gennep meegingen naar Van Gennep als van Van Gennep zelf) het boek compleet. Niet onvermeld mag worden dat het boek voorzien is van zorgvuldig bij elkaar gezochte illustraties. Deze variëren van een visitekaartje van Van Gennep tot foto’s, kaften van boeken, posters en cartoons, en vormen met het verhaal een geheel. De vormgeving van dit themanummer is opvallend mooi en verraadt dat dit tijdschrift door en voor boekenliefhebbers wordt uitgegeven.


Drs.B. Meijerman

Trefwoorden: Nederland, 20e eeuw, Sociaal-economische geschiedenis, Boekhandel, Uitgeverij, Che Guevara