Bataafse terreur
De betekenis van 1798
Niek van Sas
47 pp, € 9,95
isbn/issn: 978-94-6004-084-9
Daendelslezing 21 januari 2011, Stichting Daendels, Utrecht

Bataafse terreur

(recensie: Han C. Vrielink)

 

Niek van Sas, Bataafse Terreur. De betekenis van 1798. Daendelslezing, 21 januari 2011,
Nijmegen/Utrecht ( Uitgeverij Vantilt / Stichting Daendels), 2011, 47 pp., ill.,
ISBN 978 94 6004 084 9, € 9,95.
 
Ter inleiding op de lezing van Niek van Sas geeft Willem Nijhoff, de voorzitter van de Stichting Daendels, een kort overzicht van het veelbewogen leven van Herman Willem Daendels (1762 – 1818) en enige informatie over de Stichting Daendels.
             Daendels begon als Gelders patriot in Hattem, verbleef vanaf 1787 als balling in Frankrijk, vanwaar hij in 1795 als brigade-generaal terugkeerde, om samen met Franse troepen een einde te maken aan het regime van Oranje. Vervolgens was hij actief bij het op poten zetten van de Bataafse Republiek en het organiseren van een goede nationale krijgsmacht. Op 22 januari 1798 ondersteunde de inmiddels tot luitenant-generaal opgeklommen Daendels een staatsgreep van de radicale unitarissen, die definitief de oude federalistische Republiek verving door de eenheidsstaat. In juni 1798 verschafte Daendels de moderaten de nodige militaire steun om een tweede staatsgreep te plegen. In 1807 werd hij door koning Lodewijk Napoleon benoemd tot maarschalk van Holland en tot gouverneur-generaal van Oost-Indië , waar hij de grote postweg aanlegde. Als divisie-generaal nam hij deel aan de Russische veldtocht van Napoleon. In 1815 benoemde koning Willem I hem tot gouverneur-generaal op de Kust van Guinee (Goudkust, nu Ghana). Daar stierf Daendels  op 2 mei 1818 te St. George d’Elmina aan de gele koorts.
            Over Daendels is vaak negatief geoordeeld.  Nijhoff merkt terecht op, dat daarbij vaak sprake is van het kopiëren van wat anderen hebben geschreven, zonder nauwgezette studie van de bronnen en zonder rekening te houden met het feit dat die negatieve beeldvorming “historische wortels in de partijstrijd uit de Bataafs-Franse jaren had, en beslist ook nog in de politieke ontwikkelingen van de daaropvolgende eeuwen” (p. 8).  Nijhoff gaat zeker niet voorbij aan het moeilijke karakter van Daendels, maar hij breekt nadrukkelijk een lans voor de patriot en generaal, omdat die met een geweldige inzet streed voor zijn overtuiging en zijn land.
            Op initiatief van mr. Herman Daendels (1918 – 2000 ), de laatste mannelijke nakomeling van Herman Willem Daendels, is in 1995 de Stichting Daendels opgericht. Doel is onder meer “de bevordering van wetenschappelijk onderzoek naar de patriottentijd en de Bataafs – Franse tijd, dan wel naar hun doorwerking” (p.10). De stichting heeft subsidies verleend aan allerlei historisch onderzoek en publicaties over de periode 1780 – 1815. Daarmee heeft zij een belangrijke bijdrage geleverd aan de herwaardering van die periode en zij doet dat nog.
            Niek van Sas, hoogleraar Geschiedenis na 1750 aan de Universiteit van Amsterdam, geeft in de lezing  Bataafse Terreur. De betekenis van 1798. een overtuigende herziening van het zogenaamde `fluwelen’ karakter van de Bataafse Revolutie. Al bij zijn proclamatie in 1795 zowel als later in 1798 zijn Daendels’ manifesten radicaal revolutionair, intimiderend en gericht op zuivering van het land van “aristocratisch ongedierte” (p. 18). Van Sas wijst erop dat vrijwel direct na de Bataafse omwenteling er een tweedeling ontstond in het kamp van de Bataven tussen de kleinere groep emigranten en de grote groep patriotse thuisblijvers. De emigranten waren radicaler en meer gericht op compensatie, reparatie en zuivering. Ontevreden met het Ontwerp van Constitutie pleegden zij op 22 januari 1798 een staatsgreep, waarna de zogeheten Bataafse Terreur begon. Met de Staatsregeling van 1798  kwam er een einde aan de soevereiniteit van de gewesten en de regering kwam in handen van een Uitvoerend Bewind van vijf personen. Op constitutioneel gebied werden op radicale wijze vele knopen doorgehakt. “Daarmee was 22 januari inderdaad een grote sprong voorwaarts, maar dit betekende ook een aanmerkelijke verharding van het revolutieproces”, aldus Van Sas ( p. 31). De periode van 22 januari tot 12 juni 1798 noemt Van Sas niet alleen de Bataafse Terreur, maar ook de Tweede Bataafse Revolutie, die een de radicalisering van 1795 betekende.  De Terreur kwam er in grote lijnen op neer dat op ideologische gronden een scheiding werd gemaakt tussen actieve en passieve burgers. Alleen politieke geestverwanten werden erkend als stemgerechtigden en als overheidsfunctionarissen. Grootscheepse zuiveringen vonden daarom plaats. Meer op stapel staande radicale maatregelen werden door Daendels’ staatsgreep van 12 juni verhinderd.  De voorstanders van deze coup stelden, dat het land daarmee gevrijwaard werd  van een robespierriaanse Terreur. Van Sas noemt dat “de mythe van 12 juni”. (p. 39)
            In tegenstelling tot Simon Schama ( Patriots and Liberators) acht Van Sas de staatsgreep van 22 januari een onvermijdelijke maatregel om uit een crisissituatie te geraken en het proces van staatsvorming te forceren. Zonder de Terreur zou die forcering niet hebben kunnen plaatsvinden. Anderzijds heeft de koppeling van actief burgerschap met revolutionaire gezindheid er mogelijk toe bijgedragen dat begrippen als democratie en volkssoevereiniteit voor heel lang in diskrediet gebracht werden, volgens Van Sas. Over de coup van 12 juni is de auteur minder positief dan over die van 12 januari: volgens hem “haalde (deze) ongetwijfeld de angel, maar daarmee misschien ook wel het elan en de energie uit de Bataafse revolutie” (p. 41).
            Van Sas geeft in deze lezing vrijwel geen verklaring van Daendels’ motieven voor de tweede staatsgree,.waarschijnlijk om de lezing binnen een bepaalde tijd te kunnen afronden. Meer gegevens over die motieven kan de lezer vinden in Van Sas’ artikel ‘Caesar, Brutus, Cincinnatus: Daendels als redder van Nederland,1797 – 1799’, in: Herman Willem Daendels, 1762 – 1818. Tentoonstellingscatalogus (Utrecht,1991); herdrukt in N.C.F. van Sas, De metamorfose van Nederland. Van oude orde naar moderniteit, 1750 – 1900, Amsterdam 2004; p. 315 – 328. 
 
Han C. Vrielink
Kuinder 32, 3891 CC Zeewolde
 
Trefwoorden
Nederland, 18de eeuw, Daendels, Patriotten, Bataafse Republiek