Ad Flaridingun
Vlaardingen in de elfde eeuw
Kees Nieuwenhuijsen en Tim de Ridder (ed.) (editores)
261 pp, € 25,-
isbn/issn: ISBN 978-90-8704-258-5
Middeleeuwse Studies en Bronnen 135

Ad Flaridingun

(recensie: Aron de Vries)

 

Kees Nieuwenhuijsen en Tim de Ridder (ed.), Ad Flaridingun. Vlaardingen in de elfde eeuw (Uitgeverij Verloren, Hilversum, 2012), geïllustreerd, Middeleeuwse Studies en Bronnen CXXXV, 261 pag., ISBN 978-90-8704-258-5, € 25,-
De moord op graaf Floris V in het jaar 1296 door Gijsbrecht IV van Amstel, Gerard van Velsen en Herman van Woerden is een bekend verhaal. Niet alleen is het opgenomen in de canon van de Nederlandse geschiedenis, maar het was ook een dankbare inspiratiebron voor historische treurspelen in de zeventiende eeuw. Denk maar aan de Gijsbrecht van Aemstel (1637/38) van Joost van den Vondel. Veel minder bekend is de ‘Vlaardingse toiletmoord’ uit 1076. Het moet toen het gespreksonderwerp van de dag zijn geweest, maar het is geen onderdeel van ons collectieve geheugen. En dat is jammer, want het verhaal spreekt zeker tot de verbeelding, ook al is er moeilijk een schoolplaat van te maken.
Op 26 februari 1076 overleed Godfried met de Bult, hertog van Neder-Lotharingen, na een moordaanslag die een week eerder plaatsvond. Waarschijnlijk werd de hertog in Vlaardingen goed beveiligd, maar men had duidelijk iets over het hoofd gezien. Midden in de nacht ging Godfried naar het toilet. Een sluipmoordenaar had zich verdekt opgesteld onder het overhangende ‘privaat’. Toen hij de hertogelijke billen zag – klaarblijkelijk was hij aardig op de hoogte van diens stoelgang – plantte hij een steekwapen in het achterwerk. Het slachtoffer werd in allerijl naar Utrecht vervoerd voor medische zorg, maar overleed niettemin aan zijn verwondingen. De aanslag werd gepleegd door een zekere Gijsbert. Hij was een handlanger van graaf Dirk V van Holland, die in onmin leefde met Godfried en de Utrechtse bisschop. Hierna keerden de kansen voor Dirk en de zijnen.
De elfde eeuw was een turbulente periode voor het graafschap Holland en Vlaardingen speelde hierin een belangrijke rol. Hier versloeg graaf Dirk III in 1018 het leger van de Duitse keizer Hendrik II en legde zo de grondslag van het latere Holland. Aanleiding was de tolheffing bij Vlaardingen, die in de ogen van de keizer illegaal was. In de jaren 1046 tot 1049 laaide de onrust weer op, nu tussen graaf Dirk IV en keizer Hendrik III, met verschillende strafexpedities. Zo wist de keizer in 1047 Vlaardingen te veroveren. De gebeurtenissen in en rond Vlaardingen zijn in vele annalen, kronieken en oorkonden vastgelegd. De onlangs verschenen bronnenpublicatie Ad Flaridingun – de titel is ontleend aan een eind elfde-eeuwse kopie van De diversitate temporum van Alpertus van Metz die zich bevindt in Hannover -   presenteert alle middeleeuwse teksten die betrekking hebben op Vlaardingen in de elfde eeuw. Geboden wordt de oorspronkelijke, veelal Latijnse, tekst met daarnaast een vertaling in hedendaags Nederlands. Het werk wil zo een basis bieden voor verdere studie van deze roerige periode.
De auteurs stellen dat soms een aanzet gegeven is tot interpretatie en vergelijking van de historische informatie, maar dat een “verdere duiding van de geschreven bronnen en een nadere reconstructie van de [sic] Vlaardingse verleden” het onderwerp dient te zijn van aparte publicaties (pag. 12). Aan de ene kant is dit jammer, maar het laat daarmee ook ruimte aan de lezer om zijn eigen oordeel te vormen over de gepresenteerde bronnen. Toch beschrijven de auteurs in een slothoofdstuk de ontwikkeling van Vlaardingen en de relatie tot de Hollandse graven. Hierbij komt ook recent archeologisch onderzoek in de binnenstad van Vlaardingen aan bod. Besloten wordt met een aantal onderzoeksvragen die prikkelen maar helaas onbeantwoord blijven.
De bronnen zijn verdeeld in vier hoofdgroepen: verhalende bronnen, dodenboeken, diplomatische bronnen zoals oorkonden en overige bronnen. Het is boeiend om te lezen wat verschillende annalen, kronieken en gesta te melden hebben over de gebeurtenissen rond Vlaardingen. Daaronder zijn bekende geschriften als het al eerder genoemde De diversitate temporum (Gebeurtenissen van deze tijd) van Alpertus van Metz, die het meest uitgebreide relaas schreef over de Slag bij Vlaardingen, en de Annales Egmundenses, bijgehouden door monniken in de abdij van Egmond. Maar de auteurs presenteren ook minder bekende bronnen als de annalen van de abdij van Lobbes in het bisdom Kamerijk. En dat is waardevol, want in geen enkele andere bron wordt melding gemaakt van de gevangenneming van graaf Reinier V van Henegouwen tijdens de Slag bij Vlaardingen. Elke bron wordt vooraf gegaan door een korte inleiding waarin verwezen wordt naar handschriften, edities en vertalingen. De inventarisatie gaat niet verder dan de vijftiende eeuw. De auteurs stellen op pagina 14: “latere berichten zijn slechts herhalingen van de oudere bronnen, aangevuld met verzinsels van toenmalige geschiedschrijvers.”
In de wereldkroniek van Bernold van Konstanz, het Bernoldi Chronicon, komen we tegen dat hertog Godfried met de Bult “schandelijk in zijn achterste” werd verwond door een kok. Dat laatste is een nieuw gegeven als we de andere bronnen bekijken. Natuurlijk kan het een verzinsel zijn van Bernold, maar het geeft zeker voer tot speculatie. Had de kok de hertog een maal voorgezet waardoor de laatste wel ’s nachts met samengeknepen billen naar de wc moest gaan? Deze bronnenpublicatie zal zeker gebruikt worden bij de geschiedschrijving van Vlaardingen in de elfde eeuw, met name in 2018 als wordt stil gestaan bij de Slag bij Vlaardingen. Maar daarnaast zou het ook mooi zijn als een hedendaagse toneelschrijver de pen oppakt om een treurspel te schrijven over deze roerige elfde eeuw. De gruwelijke toiletmoord kan daarin niet ontbreken, hoewel ik moet toegeven dat het toch ook neigt naar een boertige klucht à la Bredero.
Drs.Aron de Vries
Burg. Gaarlandtstraat 10
4205 CC Gorinchem
Trefwoorden: Nederland, Volle Middeleeuwen, Bronnenpublicatie, Graafschap Holland, Archeologie.