Per imperatief plakkaat
Overheid en pestbestrijding in de Republiek der Zeven Verenigde Nederlanden
A.H.M.Kerkhoff
298 pp, € 35,-
isbn/issn: 978-90-8704-810-5
geïllustreerd

Per imperatief plakkaat

(recensie: Drs. Martha Catania-Peters)

  A.H.M. Kerkhoff, Per imperatief plakkaat. Overheid en pestbestrijding in de Republiek der Zeven Verenigde Nederlanden (Hilversum: Verloren, 2020), 298 blz., geïll., ISBN 978-90-8704-810-5, € 35, -

 
Het Financieel Dagblad op 30 maart 2020: “New York staat er alleen voor in de strijd tegen het coronavirus. In de Verenigde Staten ligt het epicentrum van de uitbraak van het coronavirus in New York. Andere staten weren New Yorkers of verplichten hen tot zelfquarantaine”.
 
Geschiedenisboeken blinken niet uit in actualiteitswaarde. Er is natuurlijk altijd een link naar het heden, anders zouden ze niet interessant zijn, maar meestal laten ze zich niet in de eigen tijd aflezen, vooral niet als de gebeurtenissen zich eeuwen terug hebben afgespeeld. Het is dan ook uitzonderlijk dat een boek dat zich met vroeger eeuwen bezighoudt, zo gelijke tred houdt met dagelijkse berichtgeving in Nederland en de wereld, als nu dit boek over overheid en pestbestrijding in de Republiek der Zeven Verenigde Nederlanden. Niet alleen pestbestrijding in de Republiek, maar ook maatregelen elders, zoals in Italië, komen aan bod. We lezen over geruchten, achterdocht tussen landen en gebieden, over maatregelen die van elkaar worden afgekeken of niet, over te weinig doen, te veel, te laat, over steden die op slot gaan, quarantaines: allerlei patronen zijn vergelijkbaar. Maar de verschillen zijn natuurlijk groot: de bacterie Yersinia pestis en het virus covid-19 gedragen zich heel veschillend. Daarnaast hebben we een medische wetenschap van zeer hoog niveau en onvergelijkelijk veel betere communicatiemiddelen. En toch lijken dit nu parallelle werelden. Wat verbindt de pestbestrijding van toen met de bestrijding van het coronavirus?
 
Per imperatief plakkaat is begin 2020 verschenen, voordat bekend werd dat zich een nieuw onbekend coronavirus verspreidde, toen nog alleen in Wuhan en China. In het boek is over de overeenkomsten met de bestrijding van covid-19 dus niets te vinden.* Maar in de kern moeten die overeenkomsten liggen in de besmettelijkheid en het ontbreken van een medicijn. Wij wéten dat corona besmettelijk is, maar hebben geen medicijn. Toen ging men toch ook al uit van een ‘smetstof’ en had men geen medicijn. Of anders gezegd: virussen en bacteriën houden zich niet aan ons vooruitgangsidee. Als ze nieuw en onbekend zijn, is de bedreiging in potentie weer even groot als vroeger. Dan reageren we ten dele weer op dezelfde wijze als tijdens zo’n ‘ouderwetse’ pestepidemie.
 
De reden voor medicus en emeritus hoogleraar A.H.M. Kerkhoff om dit boek te schrijven, is gelegen in het feit dat er kasten vol zijn geschreven met boeken over pest en pestbestrijding, maar weinig tot niets over de pestbestrijding ten tijde van de Republiek. Kerkhoff neemt een aanloop en laat het verhaal beginnen met de pestepidemie in de veertiende eeuw. Net als de corona-epidemie kwam de ‘Zwarte Dood’ uit Azië, om vervolgens in Europa het eerst aan land te gaan in Italië. Daar begon in verschillende steden al gauw de ontwikkeling van een streng en effectief beleid om de ziekte in te dammen. Bestrijding hing af van wat men dacht over de oorzaken van de pest. Er bestonden allerlei theorieën. In Italië waren het niet de in de traditie van Hippocrates opgeleide artsen, maar pientere leken die begrepen dat het om een ‘smetstof’ ging die door schepen en mensen kon worden meegebracht, de zogenaamde contaminatie-theorie. Daaruit voortkomende maatregelen waren ten eerste preventief, zoals het aanleggen van cordons, blokkades en een soort pasjessysteem. Als de pest dan toch binnenkwam, was er de afzondering van zieken in hun huizen en in de lazaretten.
 
In de Nederlanden was men tot 1665 een andere mening toegedaan. Men hield het op Gods straffende hand, een theocentrische benadering. Na de reformatie gold bovendien de contaminatie-theorie als ‘Paaps’ en dus verwerpelijk. Kerkhoff beschrijft hoe men een ‘en-en-en-theorie’ aanhing. Dat was een optelsom: én God strafte de mens, én zorgde dus dat planeten en sterren kwalijke dampen veroorzaakten die pestilentie teweegbrachten, én als de pest er dan was, ging die van mens tot mens. Ook dacht men dat de pest spontaan kon ontstaan. Preventie leek dan zinloos. Er waren tevens grote verschillen in aanpak, omdat maatregelen meestal door de lokale autoriteiten werden genomen. En men vreesde, net als nu, de neergang van de handel. Eigenlijk was men vrij laks, tot aan het keerpunt. Tijdens de epidemie van 1663-1666 (hier worden verschillende jaartallen gehanteerd), keerde de provincie Zeeland de kont tegen de krib. Om niet door quarantainemaatregelen te worden getroffen, wezen ze het buitenland er fijntjes op dat niet Zeeland, maar Amsterdam door pest werd geteisterd. Daar kwam ruzie van, omdat Amsterdam dat geheim wilde houden; maar belangrijker was dat de Staten van Holland daarna serieus gingen nadenken over gecentraliseerde pestbestrijding die uitging van contaminatie, de Italiaanse aanpak dus.
 
Dat de pestbestrijding in Italië al wordt geschetst in dit boek, blijkt nu een functie te hebben: “Italië wordt vervolgens als een soort Weberiaans ideaaltype gebruikt, als een raamwerk om de gang van zaken in de Republiek te beschrijven. “ (p.14)
 
Na deze paradigmawisseling kwamen er dus gecentraliseerde maatregelen, die vooral met plakkaten aan de bevolking kenbaar werden gemaakt. Nu waren er eigenlijk vanaf 1666 geen pestuitbraken meer in de Republiek, maar pestdreiging was er volop, van elders in Europa en de Levant. Genoeg kansen om het nieuwe beleid uit te werken en te testen. Kerkhoff beschrijft minutieus welke overheden daarmee gemoeid waren (vooral de Staten-Generaal en de vijf admiraliteitscolleges), en hoe men tot nieuwe maatregelen en wetten kwam, of juist niet. Ook de implementatie van maatregelen en de lopende discussies komen aan bod. Dit alles, onderzocht in archieven en contemporaine medische literatuur, onthult een langzame gecompliceerde ontwikkeling van pestbestrijding in een ingewikkelde gedecentraliseerde bestuursstructuur. Het pestbeleid werd overigens nooit zo stringent als in Italië en andere Europese landen.     
 
De schrijver concludeert uiteindelijk dat de nieuwe maatregelen de pest vanaf de implementatie buiten de deur van de Republiek hebben gehouden. Dat was een hele prestatie, gezien de ernst van de uitbraken elders, maar de ultieme test bleef uit.
 
Kerkhoff is bekwaam in het helder neerzetten van ingewikkelde bestuurlijke constructies, zoals in de epiloog, waarin het in allerijl opgetuigde bestuursapparaat en de epidemiewet van 1805 in de Bataafse tijd nog worden geschetst. Waarom hij zijn verhaal laat beginnen bij de Zwarte Dood in de veertiende eeuw, had uitvoeriger gemotiveerd kunnen worden. De pest gaf al eerder acte de presence. Wel weten we wie de pest het meest hielpen verspreiden. Behalve luizen en vlooien, waren dat soldaten, die immers veel rondtrokken, maar ook vooral schepen en hun bemanning in de havens. De Admiraliteit hield dan ook veel schepen met de pest aan boord onbarmhartig tegen. En ook nu zijn er schepen in de problemen, vooral cruiseschepen, maar ook vrachtschepen en zelfs een onderzeeër.
 
Op zoek naar overeenkomsten met de bestrijding van covid-19 valt vooral de sobere en zuinige koers van de Republiek op. Zelfs nadat men de pestbestrijding centraliseerde en op grond van contaminatie ging uitvoeren, bleef men terughoudend. Zo werden er bijvoorbeeld nooit lazaretten gerealiseerd. De koers van Nederland in de strijd tegen covid-19 kunnen we nog niet evalueren, daarvoor moet de epidemie eerst achter de rug zijn. Maar we kunnen wel iets zeggen over dit boek, dat in de spiegel van de coronabestrijding laat kijken en daarbij stevig overeind blijft. Het wordt gekenmerkt door een degelijke wetenschappelijke aanpak, wat ook blijkt uit de lijsten met noten, archieven en literatuur, en uit de negen bijlagen, met aan kop een instructieve brief uit 1399 van de hertog van Milaan aan de stad Placentia: ’’hoe de pest te voorkomen’’ (p. 219-220).
 
Drs. Martha Catania-Peters, marthacatania@gmail.com
 
Trefwoorden: Nederland, Italië, Republiek, bestuur, vroegmoderne tijd, pestbestrijding, medische geschiedenis
 
*A.H.M. Kerkhoff gaf over de overeenkomsten een interview in de Volkskrant op 25 februari 2020.