Kleine Romeinen
Jonge kinderen in het antieke Rome
Christian Laes en Johan Stubbe
Uitgeverij Salomé
Denis
141 pp,
isbn/issn: 978 90 5356 953 5

Kleine Romeinen

(recensie: Jef Abbeel)

 Christian Laes schreef eerder al een wetenschappelijke studie van 343 pagina’s, getiteld Kinderen bij de Romeinen. Die is nu door hem en door Johan Stubbe herbewerkt tot een boekje dat toegankelijk is voor een ruimer publiek en ook voor scholieren.
Het volgt min of meer de levensfasen van het kind: zwangerschap, geboorte, evt. gevolgd door de dood of het vondelingschap, de taken van de voedster, de eerste levensjaren, kindertijd, familie en gezin, spel, onderwijs, Romeinse en christelijke godsdienst, doodsoorzaken.

De auteurs beklemtonen de vele verschillen met vandaag: ongewenste kinderen hield men niet in leven (germanen en joden deden dat wel), moeders stierven vaak bij een geboorte of bij een abortus. Affectie kwam dikwijls van de voedster die borstvoeding gaf i.p.v. van de moeder; één op drie kindjes stierf tijdens het eerste levensjaar, de allerjongsten kregen geen grafschrift.
Kinderen vertoefden meer bij slaven dan bij hun ouders, zowel om te spelen als om onderricht te krijgen, privacy bestond niet.
Schrijvers beoordeelden kinderen al vlug met de normen van volwassenen. Uitingen van ouderliefde waren minder aanwezig dan nu, lijfstraffen en kinderarbeid waren normaal.
Er waren geen schoolgebouwen; de overheid deed niets voor het onderwijs.

Het christendom veroorzaakte fundamentele veranderingen in de Romeinse maatschappij en opvoeding; het kind moest leven in functie van het hiernamaals en alles laten wat tot de hel kon leiden.
De schrijvers staven hun beweringen met (vertaalde) inscripties, poëzie en prozafragmenten uit heel het Romeinse rijk, van Mauritanië tot Klein-Azië.

Kleuren- en zwart-wit foto’s maken het boekje aanschouwelijk en aantrekkelijk.
Een register en bevolkingstabellen ontbreken.

Jef Abbeel