Goed Fout
Grafische vormgeving in Nederland 1940 - 1945
Alston W. Purvis, Erik Somers, René Kok, Gerard Groeneveld
256 pp, € 24,95
isbn/issn: 978-94-6004-213-3
geïllustreerd

Goed Fout

(recensie: Drs.Paul Hendriks)

 

Alston W. Purvis, Erik Somers, René Kok, Gerard Groeneveld, Goed Fout. Grafische vormgeving in Nederland 1940-1945 (Nijmegen, Vantilt, 2015, 256 pagina’s, geïllustreerd, ISBN 978.94.6004.213.3) € 24,95.
 
Dit is een boek waar je als lezer middenin valt. Met de zeggingskracht van een affiche laten de samenstellers zien dat ook dit aspect van de Vaderlandse geschiedenis niet zwart wit is. ‘Zwart wit’ is tevens de titel van de inleiding en verantwoording, geschreven door Cees de Jong (pp. 8 – 19). Zelfs deze inleiding is rijk geïllustreerd en daar waar tekst gebruikt is, koos men voor een grote bladspiegel, brede marges en een regelafstand van minstens 2.
De Jong geeft in zijn inleiding aan dat de motieven voor de foute grafici zeer divers waren, uiteenlopend van uit volle overtuiging nazi zijn tot overleven danwel opportunisme. Deze kunstenaars zijn daarin niet anders dan andere accommoderende of collaborerende Nederlanders. De grafici die ondergronds werkten, moesten het met schaarse middelen doen en liepen grote risico’s. Sommigen van hen werkten tevens als vervalsers voor het verzet.
               De bijdrage van Erik Somers en René Kok van het NIOD is getiteld: ‘De zeggingskracht van het affiche 1940-1945 (pp. 20 – 61). Hun tekst wordt rijk geïllustreerd met afbeeldingen uit eigen collectie. Andere afbeeldingen in dit boek zijn voor een belangrijk deel afkomstig van antiquaar Wilma Schuhmacher (p.18) en de afdeling Bijzondere Collecties van de Universiteit van Amsterdam. Een gelijknamige tentoonstelling van die Bijzondere Collectie loopt overigens tot en met 6 september 2015.
               Gerard Groeneveld wijdt zijn bijdrage aan de ‘Vormgevers van de haat. Illustratoren van het bruine boek in Nederland’ (pp. 62 – 87). Alston Purvis sluit de rij met: ‘Gedrukt verzet en de ondergrondse experimenten van Sandberg en Werkman’ (pp.88- 225). Groeneveld schreef enkele jaren geleden over het zogeheten bruine boek. Dit werk, getiteld Zwaard van de geest, werd eerder door mij besproken (http://historischhuis.nl/recensiebank/review/show/559).
In mijn bespreking wees ik er indertijd op, dat de analyse van het effect van propaganda, via het bruine boek, voor het leggen van een voedingsbodem, niet goed uit de verf kwam. Het doet mij deugd om te zien dat Groeneveld in zijn artikel ook voorbeelden uit de vooroorlogse periode betrekt. Zo noemt hij de vertaling uit 1934 van Der Hitlerjunge Quex, dat als jongensboek onder de titel Kwik, de fascistenjongen, verscheen. In het boek staat een omslag van het Duitse origineel (p.86). De NSB heeft overigens lang getracht om zijn goed Vaderlands (en vooral Christelijk) karakter te benadrukken. In 1934 verscheen een brochure van de hand van J H L de Bruin bij NENASU in Utrecht, getiteld: Het christelijk karakter der NSB. In 1941 verscheen bij NENASU in Leiden een open brief aan een christelijke arbeider, door J H H Wamelinck, getiteld: Groen van Prinsterer, Dr. Kuyper en Mussert. Op de omslag een drietal gestileerde koppen in zwart wit grijs, Mussert bovenaan, en profile, maar tussen beide Christelijke voormannen, suggererend in beeldtaal dat Mussert de opvolger was van deze anti-revolutionaire politici. Beide genoemde brochures worden overigens niet in het boek genoemd maar behoren tot mijn eigen collectie. Wel in het boek, op pagina 84, wordt verwezen naar de brochure Sluipend gif uit 1937. Deze brochure hekelde de Nederlandse letteren, voor zover deze niet ‘bruin’ genoeg waren.
De kracht van het beeld werd door propagandisten en reclamemakers natuurlijk al lang begrepen. De Duitsers namen hun affiches serieus. Volgens propagandaminister Goebbels mocht een affiche nooit meer tekst bevatten dan je in een minuut kon lezen. Het mooist is als de beelden zelf spreken. Prachtig voorbeeld hiervan, ook genoemd in de voortreffelijke bespreking door Bob Witman in De Volkskrant van 2 mei 2015, is de wervingsposter voor de Waffen SS waar de tekst `Uw plaats is nog vrij in de Waffen SS’ geplaatst is in het blanco silhouet van een marcherende SS man. Dit zijn leuke feitjes, overigens door Groeneveld voor een deel ontleend aan wikipedia, ook bijvoorbeeld over de geestelijke vader van de populaire strip `Kapitein Rob’, die tijdens de bezetting verdiende aan het tekenen van boekomslagen voor de bruine uitgever Westland (p.80).
Grafici aan beide zijden van het spectrum verstonden hun vak en hun vak was de beeldtaal, om een boodschap zo goed mogelijk over te brengen aan het beoogde publiek. Beiden richtten zich op de accommoderende massa. Dat was tijdens de oorlog het leeuwendeel van de bevolking; In moderne termen: de niet-stemmers en de zwevende kiezers. De respectievelijke eigen parochies, hetzij NSB’ers of verzetsmensen, hoefden niet gewonnen te worden. Het was die grote massa, de onverschilligen, de bangen, de gedeisdhouders, de net-niet-aanhangers, waar nog wat te halen viel door op emoties in te spelen of een laatste duwtje in de rug te geven. Intussen was alle propaganda aan de foute kant niets meer of minder dan elke dag een druppel gif. 
Dat laatste is overigens de titel van het boek van Wilma Geldof (http://www.thehouseofbooks.com/boeken/romans/wilma-geldof/elke-dag-een-druppel-gif). Zij is net als Chris van der Heijden een kind van een foute Nederlander en heeft, bijna 70 jaar na de bevrijding, een roman geschreven over de problematiek van het NSB-kind, dat via jongensboeken als Kwik de fascistenjongen en aansprekende posters druppelsgewijs het gedachtegoed van zijn ouders binnen krijgt in de volle overtuiging aan de goede kant te staan. Geldofs’ boek wordt weliswaar niet genoemd in deze publicatie, maar de thematiek ervan vormt voor mij voldoende aanleiding om haar roman aan te halen.
Goed fout is een prachtig vormgegeven boek, met schitterend beeldmateriaal, boeiende feitjes en een mooie illustratie van ons grijs verleden. Wat ontbreekt, is een register op personen en zaken; dat zou het als naslagwerk meerwaarde hebben gegeven. De literatuurlijst biedt echter voldoende aanknopingspunten voor hen die meer willen weten over de behandelde onderwerpen en personen.
 
Drs. Paul Hendriks
meesterpaul@gmail.com
 
Trefwoorden: Nederland, Tweede wereldoorlog, Collaboratie & Verzet, Grafische kunst, Propaganda.