Virtus
Jaarboek voor adelsgeschiedenis, 25/2018
Hanneke Ronnes en anderen (red,) (redactie)
235 pp, € 25,-
isbn/issn: 978-90-8704-787-0
geïllustreerd

Virtus

(recensie: Drs.Paul Hendriks)

 Hanneke Ronnes en anderen, red., Virtus , jaarboek voor adelsgeschiedenis, 25/2018, Hilversum, Verloren, 2019, geïllustreerd, 235 pagina’s, ISBN 978-90-8704-787-0), € 25,-

 
Dit jaarboek is een jubileumuitgave ter gelegenheid van het 25-jarig bestaan van de Werkgroep Adelsgeschiedenis en het tijdschrift Virtus. De bijdragen zijn in het Duits, Engels of Nederlands, waarmee de internationalisering van de adelsgeschiedenis extra benadrukt wordt. Bij de eerste editie van Virtus in 1993 was nog sprake van een tweejaarlijks bulletin, dat een podium moest bieden aan aspirant-promovendi die zich wilden specialiseren in adelsgeschiedenis. Sindsdien is het tijdschrift dikker, wetenschappelijker en internationaler geworden, aldus het Ten geleide.
De artikelen hebben zeer uiteenlopende onderwerpen. Zo schrijft Gerrit van Oosterom in `Adellijke echo’s?’ (pp.9-27) over de invloed van adel op de ontwikkeling van buitenplaatsen langs de rivieren van het Amstelland en de Oude Rijn. De teneur van dit artikel is dat niet alleen in Amstelland de oude adel vervangen werd door stedelijke regenten, maar ook aan de Oude Rijn. Aan de Oude Rijn kochten nieuwe rijken bestaande percelen waar een oude titel mee verbonden was, met dat als voornaamste doel. De verblijven zelf werden na twee of drie generaties van de hand gedaan, gesloopt, ingrijpend verbouwd of verhuurd.
De overige artikelen handelen over, respectievelijk, het Staatse ambassadegebouw in Madrid in de zeventiende eeuw, geografische verschillen in het ledenbestand van de Ridderlijke Duitsche Orde Balije van Utrecht tussen 1640 en 1840, en de Belgische Orangistische adel tussen 1815 en 1830.
Behalve uiteenlopende artikelen, bevat het jaarboek ook een dossier. Dit keer is de familie Bentinck onderwerp en derhalve is er over dit geslacht een vijftal bijdragen waarvan een in het Duits en de overige vier in het Engels. Een bijzonder nuttige bijdrage in dit dossier is van Menoucha Ruitenberg: ‘The Bentinck family archives. Highlights and suggestions for further research (pp.103-113).
Heel aardig is ook de rubriek Object in context, die deze keer `Herinnering, herstel en herbestemming in de heraldiek van het Gulden Vlies (1559-1795)’ tot onderwerp heeft, in de vorm van het artikel van Steven Thiry, `Van wapenbord tot koningsboek’ (pp. 179-202).
Na een zevental korte bijdragen sluit de bundel af met een interview met Violet Soen over Adel over grenzen heen. Een van de korte bijdragen handelt over `Het politieke avontuur van een rode jonker’ PP.222-226). Bij nadere beschouwing blijkt dit stuk van Stefan van der Poel een bespreking van de biografie van Marinus van der Goes van Naters te zijn, geschreven door Anne-Marie Mreijen en in 2018 verschenen bij uitgeverij Boom. Van der Goes is meer dan 100 jaar oud geworden. Geboren in 1900 en in 2005 overleden. Hij heeft de Eerste Wereldoorlog bewust meegemaakt en de hele verdere twintigste eeuw beleefd. Van der Goes was tijdens de bezetting een van de gegijzelden in Haaren. Bij het korte stukje staat een foto uit die periode (p.224), waar Van der Goes samen met hoogleraar Pieter Geyl en vrijdenker Anton Constandse staat afgebeeld. Diezelfde foto wordt vaker gebruikt, zoals in de beschrijving van de geschiedenis van dit gijzelaarskamp door Peter Bak. Het politieke leven van de rode jonker valt grotendeels samen met de geschiedenis van de Partij van de Arbeid (PvdA). Van der Poel stelt vast dat in het, op Mreijens proefschrift gebaseerde, boek, het privéleven van Van der Goes nauwelijks aan bod komt, evenmin als de laatste 38 jaar van zijn leven, vanaf zijn pensionering in 1967 tot zijn dood in 2005. Een roerige periode voor de wereld, voor Nederland en voor de PvdA, maar hoe Van der Goes zich daartoe verhield, verneemt de lezer kennelijk niet.
              Voor een tijdschrift is dit jaarboek behoorlijk dik. Met bijna 240 pagina’s is het eigenlijk een boek. De jubileumbundel is fraai vormgegeven en de inhoud is van een degelijkheid die bij zo’n deftig onderwerp past. De niche van adelsgeschiedenis is misschien klein, maar omdat dit vakgebied met bijna alles samenhangt, wordt het bereik en interessegebied juist heel ruim en rijkgeschakeerd. Dat blijkt ook uit deze bundel, vanwege de bijdragen in diverse talen en over uiteenlopende onderwerpen. Zelfs een dossier over een specifieke familie biedt aanknopingspunten voor onderwerpen die variëren van numismatiek tot heraldiek en archiefwetenschap. Een boeiende bundel, die meer biedt dan je als lezer zou verwachten.
 
Drs. Paul Hendriks
meesterpaul@gmail.com
 
Trefwoorden: Nederland, België, Nieuwe tijd, Nieuwste tijd, 20e eeuw, Adelsgeschiedenis, Bentinck, Buitenplaatsen, Numismatiek, Archieven, Koninklijk Huis.